25 DECEMBER 2012: GEBOORTE VAN DE HEER 
dagmis

 

Eerste lezing uit de profeet Jesaja 52, 7-10

Hoe welkom zijn op de bergen de voeten van de vreugdebode, die vrede meldt, van de vreugdebode met een goed bericht die een boodschap van heil laat horen en tot Sion zegt: “Uw God is als koning gekomen!” Hoort! Uw torenwachters verheffen hun stem, en jubelen eenparig, want zij zien met eigen ogen hoe Jahwe naar Sion terugkeert. Breekt los in gejubel, allen tezamen, gij puinen van Jeruzalem; want Jahwe bemoedigt zijn volk; Hij heeft Jeruzalem verlost. Jahwe toont zijn heilige arm voor de ogen van alle volken, en de verste hoeken der aarde hebben het heil gezien dat komt van onze God.

 

Tweede lezing uit de brief aan de Hebreeën 1, 1-6

Broeders en zusters, nadat God eertijds vele malen en op velerlei wijzen tot onze vaderen gesproken had door de profeten, heeft Hij nu, op het einde der tijden, tot ons gesproken door de Zoon die Hij erfgenaam gemaakt heeft van al wat bestaat en door wie Hij het heelal heeft geschapen. Hij is de afstraling van Gods heerlijkheid en het evenbeeld van zijn wezen. Hij houdt alles in stand door zijn machtig woord. En na de reiniging der zonden te hebben voltrokken heeft Hij zich neergezet ter rechterzijde van de majesteit in de hoge, ver verheven boven de engelen, zoals Hij hen ook overtreft in de waarheid die zijn deel is geworden. Heeft God ooit tot een engel gezegd: “Gij zijt mijn Zoon; Ik heb U heden verwekt?” Of: “Ik zal een Vader voor Hem zijn en Hij zal mijn zoon zijn?” Wanneer Hij evenwel de Eerstgeborene opnieuw de wereld binnenleidt, zegt Hij: “Alle engelen Gods moeten Hem hulde brengen.”

 

Uit het Heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes 1, 1-18

In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. Dit was in het begin bij God. Alles is door Hem geworden en zonder Hem is niets geworden van wat geworden is. In Hem was leven en dat leven was het licht der mensen. En het licht schijnt in de duisternis maar de duisternis nam het niet aan. Er trad een mens op, een gezondene van God; zijn naam was Johannes. Deze kwam tot getuigenis, om te getuigen van het Licht, opdat allen door hem tot geloof zouden komen. Niet hij was het Licht, maar hij moest getuigen van het Licht. Het ware Licht dat iedere mens verlicht kwam in de wereld. Hij was in de wereld; de wereld was door Hem geworden en toch erkende de wereld Hem niet. Hij kwam in het zijne, maar de zijnen aanvaardden Hem niet. Aan allen echter die Hem wél aanvaardden, aan hen die in zijn Naam geloven, gaf Hij het vermogen kinderen van God te worden. Zij zijn niet uit bloed noch uit begeerte van het vlees of de wil van een man, maar uit God geboren. Het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond. Wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd, zulk een heerlijkheid als de Eniggeborene van de Vader ontvangt, vol genade en waarheid. Wij hebben Johannes’ getuigenis over Hem toen hij uitriep: “Deze was het van wie ik zei: Hij die achter mij komt, is mij voor, want Hij was eerder dan ik.” Van zijn volheid hebben wij allen ontvangen; genade op genade. Werd de Wet door Mozes gegeven, de genade en de waarheid kwamen door Jezus Christus. Niemand heeft ooit God gezien; de Eniggeboren Zoon, die in de schoot des Vaders is, Hij heeft Hem doen kennen.

 

Overweging

Het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond. (Johannes 1,14).

Zalig Kerstfeest! Eindelijk zijn onze Adventsvoorbereidingen voorbij. Nu kunnen we het feest vieren van Jezus, het mens-geworden Woord.

In de woorden van Johannes ligt een mysterie vervat, een wonder dat we nooit volledig zullen kunnen begrijpen. Onze heilige God – tot Wie wij uit onszelf nooit zouden kunnen naderen, onze majestueuze en alwetende Schepper daagt onze menselijke logica uit. In plaats van af te wachten totdat wij tot inkeer zouden komen en naar Hem terug zouden keren, heeft Hij zichzelf vernederd en is naar ons toegekomen!

We hoeven geen wereldreis te maken om God te vinden. We hoeven ons niet te onthouden van voedsel of vele nachtelijke uren wakker te blijven om Hem te kunnen vinden. We hoeven ons niet door theologische handboeken heen te worstelen. Het is niet nodig dat onze lippen de hele dag door gebeden bidden. God is bij ons!

Omdat God mens geworden is en gedeeld heeft in ons gewone leven, kunnen we Hem vinden in het hier en nu, waar we ook zijn. Hij maakt grapjes bij ons aan tafel. Hij heet onze familie welkom met een warme omhelzing. Hij luistert naar ons, of het nu gaat om een eenvoudig bedankje of om onze diepste verlangens. We kunnen Hem vinden in de onschuld van een slapende baby, de wonderlijk ingewikkelde bouw van een sneeuwvlok, een onverwachte ontmoeting waar je helemaal blij van wordt of zomaar een regel uit een overbekend kerstliedje. Als we onszelf maar voldoende tijd gunnen dan kunnen we vandaag nog van zijn aanwezigheid genieten.

Dit is de sleutel van het hele leven als christen. We kunnen vernieuwd worden door de sacramenten omdat het momenten zijn waarin we aan Jezus kunnen raken en waarin Hij ons wil aanraken. We kunnen ons aan de morele normen houden, niet enkel omdat Hij al vóór ons deze weg bewandeld heeft, maar ook en vooral omdat Hij met ons meegaat. We gaan van andere mensen houden, zelfs van de meest afstotelijke, omdat Jezus uit liefde voor ons allen is gestorven. We kunnen tot het einde toe volhouden omdat Jezus de hele weg door de dood heen naar het leven heeft afgelegd in een menselijk lichaam als het onze.

De Heer van het heelal koos ervoor om de omgeving waar wij verblijven tot zijn permanente woonplaats te maken. Zie Hem niet over het hoofd!

Gebed

Vader, U hebt de waardigheid van de menselijke natuur geschapen en haar vervolgens hersteld door Uw Zoon. Help ons allen om te delen in de goddelijkheid van Christus, van Hem die zich vernederd heeft om te delen in onze menselijkheid.

 

Bron: het Woord onder ons,
uitgegeven door Stichting KCV, Helmond